[Blog] Merkbescherming in de drankenindustrie: St. Joseph vs Jägermeister
In de wereld van dranken speelt merkbescherming een cruciale rol en dit vereist specifieke vakkennis. Terwijl de Welsh whisky-case onlangs de schijnwerpers richtte op geografische bescherming in het Verenigd Koninkrijk, werpt een recente casus over Jägermeister een verhelderend licht op de visuele overeenstemming tussen twee merken.
Op 21 februari 2021 werd het volgende merk gedeponeerd voor waren binnen ‘bitters [likeuren] binnen klasse 33:
Hiertegen wordt op 3 mei 2021 door Mäst Jägermeister SE oppositie ingesteld op basis van een EU merkregistratie, daterende van 17 november 2015, geregistreerd binnen klasse 33 voor onder meer alcoholische dranken voor het merk:
Jägermeister beroept zich in de oppositie zowel op verwarringsgevaar als op de reputatie van haar merk en mogelijk aanhaking door de deposant.
De Oppositiedivisie van het EUIPO was de mening toegedaan dat er onvoldoende overeenstemming was tussen beide tekens, omdat volgens haar de dominante elementen in beide merken, namelijk de verbale elementen en de afbeelding van respectievelijk het hoofd van een heilige en de kop van een hert, voldoende van elkaar verschillen.
Omdat deze overeenstemming een voorwaarde is voor beide ingeroepen gronden, en omwille van proceseconomische redenen, besloot de Oppositiedivisie om de oppositie van Jägermeister af te wijzen. Tegen deze beslissing ging Jägermeister in beroep bij de Board of Appeal.
De Board of Appeal heeft de beslissing van de oppositiedivisie teruggedraaid en daarbij aangegeven dat er op zijn minst een beperkte mate van visuele overeenstemming bestaat tussen beide tekens. Dit omwille van het gebruik van overeenstemmende kleuren, namelijk de groene rand met een lichte binnenkant, de rode band met de merknaam en de cirkel met daarin een afbeelding, met enerzijds de tronie van een heilige en anderzijds deze van een hert.
Ondanks de opmerkelijke verschillen tussen de onderscheidende elementen, bevestigt de Board of Appeal vaste rechtspraak door aan te geven dat tekens steeds in hun totaliteit moeten worden bekeken. Hoewel er geen auditieve of conceptuele overeenkomst is tussen beide merken, oordeelt de Board of Appeal dat de beperkte visuele overeenkomst voldoende is om de beslissing van de oppositiedivisie te herroepen.
Aangezien de Oppositiedivisie nog geen uitspraak had gedaan over het eventuele verwarringsgevaar of de ingeroepen reputatie en aanhaking door de tegenpartij, stuurde de Board of Appeal deze zaak terug naar de Oppositiedivisie om hierover te oordelen.
De cruciale vraag blijft of Jägermeister, gebaseerd op haar merkrechten, de overhand zal nemen in dit juridisch proces. Hiervoor zal Jägermeister grondig de reputatie van haar merk en aanhaking door de deposant moeten kunnen aantonen.
Abonneer op onze nieuwsbrief om de hoogte te blijven van recente ontwikkelingen. Wilt u meer weten over merkbescherming in de drankenindustrie? Spreek met uw Novagraaf consultant of neem hieronder contact met ons op.
Dit artikel is geschreven door Nicolas Maes, hij is teamleader en Trademark and Design attorney op ons kantoor in Gent.