[Blog] Gezicht(s)verlies voor Jan Smit
Het EU-merkenbureau heeft beslist dat het gezicht van Jan Smit (artiestennaam van Johannes Hendricus Maria Smit) over onvoldoende onderscheidend vermogen beschikt om als merk ingeschreven te worden.
De BN'er probeerde een afbeelding van zijn gezicht
als EU merk te registreren voor een rist van waren en diensten.
Het Bureau oordeelde echter dat de afbeelding, in zijn geheel beschouwd, uit niet meer dan een natuurgetrouwe weergave bestaat van het hoofd/gezicht van een man. Bijgevolg kwam het EU-merkenbureau tot de conclusie dat deze afbeelding de consument niet in staat zou stellen om waren en diensten onmiddellijk en feilloos te kunnen onderscheiden van waren of diensten die onder een soortgelijke afbeelding worden aangeboden maar een andere commerciële herkomst hebben. Het gebrek aan onderscheidend vermogen is een absolute weigeringsgrond bij een merkaanvraag en bijgevolg werd de merkaanvraag afgewezen.
Het feit dat Dhr. Smit claimt dat zijn afbeelding internationale bekendheid geniet als zanger, acteur en presentator en deze claim ondersteunt door onder meer stukken zoals zijn discografie, gouden platen, kijkcijfers van zijn media-optredens en artikels omtrent zijn persoon neer te leggen, mocht helaas niet baten.
Deze afwijzing betekent uiteraard niet dat dhr. Smit niet over andere middelen beschikt om ongeoorloofd gebruik van zijn afbeelding tegen te gaan. Hierbij kan gedacht worden aan de bepalingen omtrent het portretrecht, gecodificeerd in onder meer de Nederlandse Auteurswet (artikelen 19, 20 en 21) en het Belgische recht op afbeelding, zoals vormgegeven door rechtsleer en rechtspraak.
Meer weten over merkregistratie en merkbescherming? Spreek met uw Novagraaf consultant of neem hieronder contact met ons op. Abonneer op onze nieuwsbrief om de hoogte te blijven van recente ontwikkelingen.
Dit artikel is geschreven voor door Nicolas Maes, hij is merken- en modellengemachtigde en werkzaam op ons kantoor in Gent.